Top 10 lastige hypotheekwoorden
Wil jij een huis kopen en vind je dat je veel lastige woorden tegenkomt tijdens je huizenjacht? Dat kunnen we ons goed voorstellen! Neem bijvoorbeeld eigenwoningforfait of overbruggingskrediet... We helpen je graag en zetten de 10 lastigste hypotheekwoorden op een rij.
1. Splitsingsakte
Als je een appartement koopt, dan koop je eigenlijk een deel van een gebouw. De splitsing van appartementsrechten worden vastgelegd in een akte die door een notaris wordt opgesteld: de splitsingsakte. Hierin lees je:
- een nauwkeurige omschrijving van het gebouw, de grond en de locatie
- welke delen van het gebouw gemeenschappelijk zijn en welke privé
- wat jouw aandeel in het hele pand is
- wat jouw aandeel in de kosten van de Vereniging van Eigenaren (VvE) is
- hoeveel stemmen je mag uitbrengen in de vergadering van de VvE
Daarnaast bevat een splitsingsakte een reglement van splitsing en een splitsingstekening.
2. Bereidstellingsprovisie
Als je een hypotheek wilt afsluiten, stelt de hypotheekverstrekker een hypotheekofferte op. In die offerte staan onder andere de hypotheeksom, de aflossingsvorm én de hypotheekrente die jullie hebben afgesproken. Deze offerte moet je binnen een bepaalde tijd ondertekenen. Lukt dat niet binnen die tijd? Dan kun je de geldigheidstermijn van de offerte eenmalig verlengen. Je hebt dan de garantie van de hypotheekaanbieder dat je de rente krijgt die in de offerte staat. Voor deze verlenging moet je wel kosten betalen: de bereidstellingsprovisie.
3. Bijleenregeling
Heb je je oude huis met winst verkocht? En koop je binnen 3 jaar een nieuw huis? Dan moet je de overwaarde van je oude huis gebruiken voor je nieuwe huis. Dit heet de bijleenregeling. Gebruik je de overwaarde niet? Maar leent u dit bedrag (voor een deel) bij om uw nieuwe huis te kopen? Dan is de rente over het bijgeleende bedrag niet aftrekbaar.
4. Bankgarantie
Heb je het voorlopig koopcontract getekend? Dan duurt het nog een tijdje voordat je je hypotheek hebt afgesloten. En pas dan kun je de koopsom betalen aan de verkoper. Daarom vragen de meeste huizenverkopers een waarborgsom, die meestal 10% van de koopsom bedraagt. Daarmee hebben ze de zekerheid dat ze dit deel van de koopsom ontvangen. Ook als de koper ineens afhaakt. Kan of wil je dat niet zelf betalen? Dan kun je om een bankgarantie vragen. Daarmee geeft de hypotheekverstrekker aan dat zij garant staat, als de koop niet doorgaat. Een bankgarantie kost je vaak 0,5% van de waarborgsom.
5. Annuïteitenhypotheek
Bij een annuïteitenhypotheek betaal je iedere maand een vast bedrag. Dit bedrag blijft hetzelfde zolang je rentepercentage gelijk blijft. Dit vaste bedrag heet: annuïteit. De annuïteit bestaat uit een deel rente én een deel aflossing. Doordat je elke maand een deel van de lening aflost, wordt je lening maandelijks kleiner. In het begin betaal je daardoor vooral rente over de lening en los je weinig af. In de loop der jaren stijgt het aflossingsdeel en daalt het rentedeel. Op de einddatum heb je de hele lening afgelost.
6. Eigenwoningforfait
Heb je een koophuis? Dan moet je extra belasting betalen. Naast jouw werkelijke inkomen telt de belastingdienst namelijk de fictieve inkomsten die je uit jouw huis verkrijgt. Dit heet eigenwoningforfait. Het eigenwoningforfait wordt berekend aan de hand van een percentage van de WOZ-waarde van je huis.
7. Hypotheekrenteaftrek
Als je een eigen huis hebt, kun je de rente die je betaalt over je hypotheek vaak aftrekken van je bruto jaarinkomen. Hierdoor betaal je minder belasting. Hypotheekrente kun je alleen aftrekken als het gaat om je eigen woning. Dat betekent dat de woning jouw hoofdverblijf moet zijn. Daarnaast moet jij, jouw fiscale partner, of jullie allebei eigenaar zijn van de woning. Lees meer over hypotheekrenteaftrek.
8. Lineaire hypotheek
Bij een lineaire hypotheek betaal je elke maand een bedrag. Dit bedrag bestaat uit een deel aflossing en een deel rente. De aflossing is iedere maand hetzelfde. Het bedrag dat je hebt geleend, wordt daardoor steeds lager. En omdat je hypotheekschuld daalt, wordt óók het bedrag dat je aan rente betaalt elke maand lager. Op de einddatum heb je de hele lening afgelost.
9. Overbruggingskrediet
Wil je een nieuw huis kopen, maar is je oude huis nog niet verkocht? Dan kun je mogelijk gebruikmaken van een overbruggingskrediet. Dit is een voorschot op het geld dat je verwacht over te houden bij de verkoop van je huis. Omdat je dit geld nog niet hebt, leen je het eerst met een overbruggingskrediet.
10. WOZ-waarde
WOZ staat voor Wet Waardering Onroerende Zaken. De WOZ-waarde is de geschatte marktwaarde van jouw huis op een jaarlijkse peildatum. Die marktwaarde wordt vastgesteld door de gemeente. Ieder jaar krijgen huiseigenaren in januari of februari de WOZ-beschikking. Daarom staat de WOZ-waarde van je woning. De hoogte van een aantal heffingen en belastingen wordt gebaseerd op de WOZ-waarde.
Nog méér tips voor het kopen van jouw droomhuis!
Misschien verhuis je naar een andere stad voor een nieuwe baan, ga je samenwonen of is er een kleine op komst. Wat de reden ook is: het kopen van een huis is leuk en spannend tegelijk. Wij helpen je graag verder! Bekijk dit handige stappenplan of neem contact op met een (onafhankelijk) adviseur die jouw financiële situatie in kaart brengt.