Bewegen of stilstaan: wat doet de AOW-leeftijd de komende jaren?
De stijging van de AOW-leeftijd. Er is veel om te doen geweest. Maar voor de komende 5 jaar is er nu duidelijkheid. We leggen uit wat u en uw werknemers kunnen verwachten. Ook kijken we vast vooruit naar de jaren na 2024.
De nieuwe afspraken over de AOW-leeftijd zijn een belangrijk onderdeel van het pensioenakkoord tussen kabinet en sociale partners. Zij spraken af dat de leeftijd waarop mensen recht krijgen op AOW de komende 5 jaar minder snel omhoog gaat dan in eerste instantie de bedoeling was. Na het principeakkoord met werkgeversorganisaties en vakbonden in juni van dit jaar stemden ook de Tweede en Eerste Kamer met dit plan in. Op 5 juli 2019 verscheen de officiële publicatie van de Wet temporisering verhoging AOW-leeftijd in het Staatsblad.
De AOW-leeftijd stijgt langzamer tot en met 2024
Concreet zegt de nieuwe wet het volgende: tot en met 2021 blijft de AOW-leeftijd 66 jaar en 4 maanden. Vanaf 2022 gaat hij elk jaar 3 maanden omhoog en komt dan in 2024 uit op 67 jaar.
Nieuwe AOW-leeftijd
Jaar | AOW-leeftijd | Voor werknemers met geboortedatum |
2019 t/m 2021 | 66 jaar en 4 maanden | 01-01-1953 t/m 31-08-1955 |
2022 | 66 jaar en 7 maanden | 01-01-1955 t/m 31-05-1956 |
2023 | 66 jaar en 10 maanden | 01-06-1956 t/m 28-02-1957 |
2024 | 67 jaar | 01-03-1957 t/m 31-12-1957 |
De wens van de overheid: koppeling aan de levensverwachting
De overheid wilde de AOW-leeftijd eigenlijk sneller laten stijgen naar 67 jaar. Dit is nodig om ons sociale stelsel betaalbaar te houden. We worden immers steeds ouder. Verandert de AOW-leeftijd niet? Dan ontvangt iedereen steeds langer AOW. En dat kost geld. Tegelijkertijd zouden er minder werkenden zijn om de AOW te bekostigen. Verhoging van de AOW-leeftijd is daarom een tweesnijdend zwaard: er zijn minder lasten en meer inkomsten. Zo is ook het idee ontstaan om de AOW-leeftijd te koppelen aan de voorspelde levensverwachting die het CBS berekent. Uiteindelijk ontvangt de gemiddelde Nederlander ongeveer 18,5 jaar een AOW-uitkering.
Het knelpunt: niet iedereen houdt het vol
De maatregelen van de overheid kregen veel kritiek. In het bijzonder van de vakbonden. De klacht: veel mensen zijn niet gezond en fit genoeg om tot de voorgestelde AOW-leeftijd te blijven werken. Dit is niet uit de lucht gegrepen. De stijgende instroom in de WIA van de laatste jaren vindt zijn oorzaak vooral bij oudere werknemers. In reactie hierop stijgt de AOW-leeftijd langzamer tot 2024. Vanaf 2025 wordt de stijging alsnog gekoppeld aan de levensverwachting. Het plan is dat de AOW-leeftijd vanaf dat moment 8 maanden stijgt voor elk jaar dat we naar verwachting langer leven.
De prognose: AOW-leeftijd blijft stijgen
Omdat de levensverwachting steeds blijft veranderen, is het onmogelijk om definitieve uitspraken te doen over de AOW-leeftijd na 2024. Deze wordt steeds 5 jaar van tevoren vastgesteld. Trekken we de lijn door met de huidige cijfers van het CBS, dan stijgt de AOW-leeftijd gestaag door. Hieronder ziet u wat dat zou kunnen betekenen.
Jaar | AOW-leeftijd |
2038 | 68 jaar |
2051 | 69 jaar |
2060 | 69 jaar en 6 maanden |
Deze cijfers zijn een schatting. We hebben geen glazen bol en kunnen de toekomst dus niet exact voorspellen. Maar één ding is wel zeker: u zult steeds vaker met oudere werknemers te maken krijgen.
Weten wanneer uw werknemers recht krijgen op pensioen?Gebruik de rekentool van de Sociale Verzekeringsbank. |